
“Startups en onderzoeksprojecten moeten blijven draaien, anders mist de zorg straks de boot”
Digitale zorg is in opmars, maar hoe zorg je dat technologie echt aansluit bij de wensen en mogelijkheden van kwetsbare doelgroepen? Henk Herman Nap, coördinator Digitale Zorg bij Vilans en hoogleraar aan de TU Eindhoven, werkt aan onderzoek en toepassingen die niet alleen efficiënt zijn, maar ook mensgericht.
Door Robert Heeg
Digitale technologie maakt in rap tempo zijn intrede in de zorg. Van sociale robots tot AI-ondersteunde rapportages: het werkveld verandert fundamenteel. Henk Herman Nap zit daar middenin als coördinator Digitale Zorg – Onderzoek en Validatie bij Vilans. We spraken hem over de rol van data, AI, ethiek en de uitdaging om technologie gebruiksvriendelijk te maken voor kwetsbare doelgroepen.
Hoe raakte je geïnteresseerd in digitale zorg?
‘Ik hielp als kind mijn opa en oma al met hun radio en later mijn ouders met de televisie en internet. Zo zag ik van dichtbij hoe lastig technologie soms is voor mensen met weinig ervaring of met cognitieve of motorische beperkingen. Dat fascineerde me. Ik ben me toen gaan verdiepen in cognitieve ergonomie: hoe ontwerp je technologie zó dat die beter aansluit bij de wensen en mogelijkheden van mensen, vooral kwetsbare doelgroepen? Vanuit die interesse ben ik verder gerold in digitale zorg.’
Wat doet een coördinator Digitale Zorg bij Vilans precies?
‘We bouwen met een team van zo’n 45 mensen aan kennisontwikkeling rond digitale zorg, bijvoorbeeld via onze Kennisbank Digitale Zorg. Daar delen we inzichten over implementatie, wet- en regelgeving, privacy, en de waarde van digitale toepassingen. Daarnaast coördineer ik diverse nationale en internationale onderzoekstrajecten, bijvoorbeeld over robotica en sensortechnologie voor mensen met dementie. Ook zijn we betrokken bij landelijke programma’s rondom hybride zorg en de implementatie daarvan. Verder ben ik hoogleraar aan de TU Eindhoven, waar ik onderzoek doe naar waardebepaling van digitale zorg. Denk aan vragen als: welke waarden moet technologie ondersteunen? Wat vinden cliënten belangrijk? Hoe verhouden ethische waarden als autonomie zich tot bijvoorbeeld kostenreductie?’
Wat is de rol van onderzoek bij Vilans?
‘Onderzoek vormt de ruggengraat van wat we doen. Ongeveer de helft van onze activiteiten bestaat eruit. We willen methodes ontwikkelen en uniformer werken, maar we trekken daarbij nadrukkelijk samen op met andere partijen. Denk aan platforms als Digizo.nu en het landelijke lectorenplatform digitale zorg. Met zo’n veertig organisaties werken we aan meer eenduidige methoden en centrale datadeling. Een belangrijk aspect is het in kaart brengen van kosten en baten. Vaak wordt gekeken naar gebruiksvriendelijkheid of zorguitkomsten, maar de kosten voor training en verandertrajecten blijven onderbelicht. Terwijl juist díe relevant zijn voor succesvolle implementatie.’
Digitalisering roept al snel beelden op van sciencefiction: robots in de thuiszorg. Hoe realistisch is dat?
‘Dat is al deels realiteit. Sociale robots worden in Nederland bijvoorbeeld ingezet voor dagstructuurondersteuning. Een bekend voorbeeld is robot Tessa, die helpt met het herinneren aan dagelijkse taken. Daarnaast zijn er experimenten met douche-robots en buddy-robots die als gesprekspartner fungeren. Wat we nu zien is dat de interactie dankzij AI enorm vooruitgaat. Waar robots voorheen moeite hadden met het begrijpen van zinnen, zie je nu dat dankzij large language models die interactie natuurlijker wordt. Ook leren robots steeds beter menselijke handelingen nadoen. De ontwikkelingen gaan snel.’
Wordt technologie daarmee toegankelijker voor ouderen en kwetsbare doelgroepen?
‘Zeker. AI helpt om technologie beter af te stemmen op het taalgebruik en de capaciteiten van de gebruiker. Daardoor wordt digitale zorg laagdrempeliger en persoonlijker. Een mooie ontwikkeling is warme technologie: systemen die je leren kennen op emotioneel niveau. Bijvoorbeeld via een emotioneel kompas dat weet wat jij prettig vindt, en wat je geschiedenis is. Dat is veel mensgerichter dan puur monitoren en alarmeren. Daarmee zie je de persoon áchter de patiënt. Data en AI maken dat mogelijk, mits je het verantwoord inzet.’
Zorg op afstand wordt steeds belangrijker. Wordt daar voldoende in geïnvesteerd?
‘Er zijn in Nederland voldoende middelen om te investeren. Wat wel aandacht vraagt, is het investeringsklimaat voor nieuwe innovaties. Drie jaar geleden lag de nadruk sterk op implementatie – begrijpelijk, maar als je dan de innovatiekant verwaarloost, sta je al snel stil. Gelukkig zie ik nu weer meer ruimte voor nieuwe initiatieven, ook vanuit VWS. Startups en onderzoeksprojecten moeten blijven draaien, anders mist de zorg straks de boot.’
Aan welk project werk je momenteel?
‘We doen op dit moment onderzoek naar AI-ondersteund rapporteren in de langdurige zorg. Zorgprofessionals rapporteren vaak na hun dienst, wat veel tijd kost. Nu testen we systemen die rapportages automatisch genereren tijdens het gesprek met de cliënt. We kijken naar snelheid, fouten, werkplezier en acceptatie. Dat kan veel werkdruk wegnemen. Daarnaast ben ik erg enthousiast over robotica die fysieke ondersteuning biedt, zoals geautomatiseerde transferbedden of douchehulpen. Die kunnen rugproblemen bij zorgpersoneel voorkomen. Ook toepassingen als slimme pleisters, die continu vitale waarden meten, zijn veelbelovend.’
Wat is de rol van data en analytics in dit speelveld?
‘Die is cruciaal. Zonder data geen goede evaluatie, geen gepersonaliseerde zorg, geen verantwoorde implementatie. Maar je moet het wel zorgvuldig doen: transparant, ethisch verantwoord en met aandacht voor wat de gebruiker nodig heeft. Dat vraagt om samenwerking, standaardisatie en vooral ook om het delen van kennis. Daar zetten wij ons elke dag voor in.’
Over Henk Herman Nap
Henk Herman promoveerde op Gerontechnology. Als themacoördinator Digitale Zorg zoekt hij binnen én buiten Vilans de verbinding tussen programma’s, projecten en activiteiten die een bijdrage leveren aan dit thema. Samen met zijn Digitale Zorgcollega’s kijkt hij vooruit naar (nabije) toekomsttrends in zorg en welzijn en koppelt dat aan Vilens’ programmering. Samen met een deskundig team begeleidt hij organisaties bij implementatie, ontwerp en onderzoek naar Digitale Zorg.