Van datavisualisatie tot presentatieontwerp: Michiel Dullaert helpt professionals om hun data tot leven te brengen. Als trainer binnen het Data & Insights Network verzorgt hij de sessies Datavisualisatie, Infographics maken en KrachtigPresenteren. We spraken hem over de kunst van eenvoud, de rol van creativiteit en hoe je data vertaalt naar een verhaal dat blijft hangen.
Wat is volgens jou de grootste uitdaging voor professionals die data willen vertalen naar een helder en overtuigend verhaal?
“Onderzoekers en analisten zijn gewend om inzichten te vinden en daar zijn ze goed in. Om echter impact te maken met die inzichten, zullen ze deze moeten delen. Dat vraagt om een ander perspectief. Met vakgenoten praten kun je praten vanuit eigen perspectief: over methodes, datapunten en onderzoeksvormen. Terwijl opdrachtgevers en het publiek vooral wil weten wat het inzicht voor mogelijkheden biedt.. Die omschakeling, van rapporteren naar echt communiceren, is waar de grootste winst ligt.”
Waarom werkt beeld vaak sterker dan tekst, en hoe voorkom je dat een visual te simpel wordt?
“Een oud gezegde is dat beeld meer zegt dan duizend woorden, en dat klopt nog steeds. Een beeld roept direct associaties en verbanden op, waar platte cijfers of tekst meer tijd voor nodig heeft. Combineer je beeld met een goed verhaal, dan ontstaat er een krachtige boodschap die blijft hangen. De kunst is om die eenvoud te bewaken zonder oppervlakkig te worden. Te simpel bestaat niet, te complex wel. Bouw je verhaal op in lagen, zodat het publiek stap voor stap kan volgen wat je bedoelt.”
Wat zijn jouw belangrijkste regels om complexe data helder te visualiseren, en welke fouten zie je vaak?
“Mijn belangrijkste regel is “Less is More”. Een veelgemaakte fout is dat onderzoekers en analisten te veel willen laten zien. Dat geldt voor grafieken, maar ook voor slides. Mensen denken: ‘ik kan ook dit en dat nog toevoegen’ en alles wordt even belangrijk gemaakt. Voor je het weet, heb je één beeld met te veel informatie. Mijn oplossing: Toon niet alles tegelijk, maar bouw het op. Gebruik meerdere slides of meerdere grafieken om je verhaal in stappen te brengen. Dan hoeft je publiek niet alle informatie tegelijkertijd te verwerken.
Hoe vind je de balans tussen nauwkeurigheid en creativiteit?
“Boven alles moet een visual eerlijk en transparant zijn. Zodra creativiteit de data of de boodschap vervormt, schiet je je doel voorbij. Creativiteit kan een mooi hulpmiddel zijn om droge data levendig te maken. Kleine details, zoals pictogrammen, vormen of kleuren, kunnen het onderwerp versterken. De ideale werkwijze zou moeten zijn: Begin met Less is more. Strip een visual terug tot de essentie en voeg daarna twee of drie druppeltjes creativiteit toe voor extra impact. En wees niet bang: zolang je verhaal klopt, kan creativiteit juist helpen om het beter te onthouden.”
Wat hoop je dat deelnemers na jouw trainingen vooral meenemen?
“Dat ze anders gaan kijken naar de wijze waarop ze hun inzichten delen. Een visual of presentatie is niet het eindproduct van een onderzoek, maar het begin van impact. De keuzes die je maakt in vorm, structuur en storytelling bepalen of je boodschap blijft hangen.
Van deelnemers hoor ik vaak dat ze niet alleen anders zijn gaan werken, maar ook dat ze nooit meer op dezelfde manier naar grafieken of presentaties van anderen kunnen kijken. Dat vind ik het mooiste compliment.”
Hoe is jouw eigen manier van presenteren door de jaren heen veranderd?
“In het verleden vertelde ik in de presentaties over mijn analyses vooral wat ik gedaan had, een verantwoording van mijn werk. Nu werk ik veel meer vanuit een doel: Wat wil ik dat de ander na afloop doet of begrijpt? Dat maakt het verschil tussen een oninteressante presentatie en een inspirerend verhaal. En als ik één advies aan mijn jongere zelf zou geven: durf te experimenteren, durf te spelen. Want als jij enthousiast bent over wat je doet en te vertellen hebt, dan krijg je je publiek een stuk makkelijker mee in je verhaal,”